Laagste inkomens doen iets anders met vakantiegeld

Slechts iets meer dan de helft (56 procent) van iedereen die vakantiegeld krijgt geeft dit daadwerkelijk uit aan vakantie. Vooral de laagste inkomens besteden het aan andere zaken. Dat blijkt het onderzoek van Markteffect.

Een krappe minderheid (46 procent) legt het geld onder meer opzij om te sparen, meestal om een financiële buffer aan te leggen, 17 procent gebruikt een deel van het vakantiegeld om er een dagje op uit te trekken.

Wel zijn hierbij enorme verschillen tussen inkomensgroepen. Slechts een kwart van de Nederlanders die bruto minder dan 2.600 euro per maand verdienen, geeft het vakantiegeld uit aan dat waarvoor het bedoeld is. Voor de groep die bruto meer dan 4.000 per maand verdient, ligt dit percentage op 70 procent.

Vakantiegeld wordt hiermee wel veel vaker gebruikt voor vakantie dan andere financiële meevallers. Belastingteruggaven worden slechts door 21 procent van de ondervraagden uitgegeven aan vakantie. Ook zijn de verschillen tussen inkomensgroepen hier minder groot.

Belastingwet maakt berekening netto vakantiegeld erg ingewikkeld

Marktonderzoeksbureau Markteffect bevroeg 1.012 respondenten over financiële extra's die ze dit jaar verwachten. Vakantiegeld werd hierbij verreweg het vaakst genoemd. Driekwart van de ondervraagden verwacht dit jaar in mei een extraatje. Voor mensen in loondienst is dit sinds 1968 ook wettelijk verplicht. Werknemers hebben recht op een bedrag ter hoogte van minimaal 8 procent van hun brutosalaris.

Hoeveel het vakantiegeld netto bedraagt, is elk jaar een complexe berekening. ADP Nederland, specialist in salarisadministratie, neemt deze taak voor haar klanten op zich. Volgens Dik van Leeuwerden, verantwoordelijk voor wet- en regelgeving bij ADP, komt dit doordat 'bijzondere beloningen' een eigen belastingtarief kennen. Ook betekent het eenmalig verhoogde inkomen dat heffingskortingen lager uitvallen.

Meer dan de helft gaat op aan belasting

Gevolg is dat de ingehouden belasting op het vakantiegeld kan oplopen tot 56 procent. Dit geldt vooral voor de hoogste inkomensgroepen die hun heffingskortingen verliezen. Lage inkomens betalen relatief juist minder belasting over hun vakantiegeld. 'Mensen schrikken wel eens van de hoge percentages', zegt Van Leeuwerden. 'We krijgen daar ook steeds vaker vragen over.' ADP doet haar best de berekening aan klanten uit te leggen. 'Maar de wetgever maakt dat best ingewikkeld', aldus de fiscalist.

Vakantiegeld kent in Nederland een traditie die teruggaat tot de Tweede Wereldoorlog. Het uitbetalingsmoment – wettelijk uiterlijk in juni – is zo gekozen om de kans te vergroten dat het geld daadwerkelijk aan vakantie wordt besteed. Inmiddels heeft het overgrote deel van de bevolking de reizen en logies echter voor april al geboekt. 'Wat dat betreft is het meer een historische traditie dan een effectief moment', zegt Van Leeuwerden.

Onveranderd is in ieder geval de populariteit van vakantiegeld. Volgens het onderzoek van Markteffect vindt 87 procent van de ontvangers het 'goed' of 'zeer goed' dat het vakantiegeld in één keer wordt uitbetaald. Ook voor werkgevers is de regeling administratief aangenaam. Ervoor reserveren is relatief simpel en het personeel stelt het extraatje op prijs. 'Vanwege de eenmalige uitbetaling geven mensen het toch vaker uit aan iets leuks', zegt Van Leeuwerden. 'Het is een kers op de taart.'

Bekijk het gehele artikel van BNR Nieuwsradio hier.

Naar het overzicht

Bekijk ook

Wilt u meer weten? Hier vindt u nog enkele relevante nieuwsartikelen. Zo mist u niks meer van wat speelt in uw branche.

Terug naar het overzicht

Markteffect wederom opgenomen in Emerce100

SMART blikt terug op MIE’25

Sponsorverwachtingen 2025 onderzocht voor SponsorReport 

Markteffect bij beste drie Data & Insights Bureaus van Nederland

<p>Hans <span>de Jong</span></p>

Hans de Jong

Client Consultant